Yes! De zon schijnt weer en naast de hellingen heb ik nu ook de warmte om mij op af te reageren. Een soort afzien dat voor mij echt hoort bij een fietsreis. Waar ik de afgelopen dagen makkelijk uit wist te komen met mijn bidons, moet ik bij gebrek aan winkels teruggrijpen op de kennis dat de meeste begraafplaatsen ook een kraan hebben. Gisteren heb ik te weinig gedronken. Niet dat ik dat doorhad. Het was nog relatief fris, dus bemerkte ik pas op de camping dat ik nog geen liter gedronken had. Met een nachtelijke droge mond en hoofdpijn tot gevolg.
Monsterklim
Koffie en verse broodjes bij de boulangerie patisserie in het centrum en dan klim ik de stad uit door het Parc Naturel Régional de Lorraine gevolgd door de afdaling naar Lac de Madine en glooiend tot de Moezel. Het boekje waarschuwt hier al voor een heftige klim maar dat ik mijn laagste versnelling moet gebruiken… Eenmaal boven moet ik even lucht happen. Daarna volgt weer een lang stuk akkerland afgewisseld met verlaten dorpjes. Vrij saai en heel de tijd op en neer.
Biertje bij vrienden
Ineens verandert het landschap weer. Graan en zonnebloemen maken plaats voor beboste hellingen. Vic-sur-Seille is eindelijk een dorp mét voorzieningen. Het is al na drieën als ik boodschappen doe bij de kruidenier op het centrale plein. Vanwege het dorstige weer kan ik bij het opstappen de lokroep van Cafè des Amis niet weerstaan en met een biertje besluit ik de camping ook maar even te checken. Het is niet super, veel stacaravans en vissers, maar de gedachte aan een fatsoenlijke horeca-maaltijd maakt een hoop goed.
Haut cuisine
‘s Avonds beland ik weer bij het café van de vrienden, waar op vrijdagavond het hele dorp komt eten. Een en al gezelligheid. Ik laat mij verrassen met een menu. De Franse keuken kent geen simpele hap. Rozig van het lekkere eten en – vooruit – de bijbehorende wijn, loop ik terug naar het stacaravan-dorp.