Rondje Drenthe

Schapen en hunebedden schieten mij te binnen als ik aan Drenthe denk. De verhalen van veenkoloniën met arme stakkers die hun geluk kwamen beproeven in het turf – al dan niet verplicht – omdat hun geluk elders al lang opgebruikt was. Ik ken de geschiedenis van kamp Westerbork en weet dat Bartje het vertikt om te bidden voor bruune boon’n, maar dan houdt het ook snel op. Naast een weekend fietsen dus een ontdekking van het gebied dat zo dichtbij mijn eigen woonplaats ligt, maar waar ik zo weinig van weet.

De hokjesman

‘Een zanderige vlakte gelijkend een omgekeerd soepbord omsloten door onbewoonbare veenmoerassen. Een eiland zo ontoegankelijk als weinig andere delen van ons land. Een land goed voor beesten en barbaren.’ De Hokjesman over Drenthe nodigt niet meteen uit om de provincie te gaan bezoeken. Ik geef mij niet zomaar gewonnen en trek naar het noorden. Niet in pak zoals Michael Schaap, maar in lycra. Op naar het land van de oude Zand-Drenten en de nieuwe Veen-Drenten.

De Drentse Fietsers

Rondje Drenthe is een route van ruim driehonderd kilometer, gemaakt door Hetty en Erik Luppes – de Drentse Fietsers. De route volgt op een voor fietsers plezierige manier de provinciegrens over paden en stille wegen langs de zandgronden, het veen, de cultuurlandschappen en de hei.

Voor de wind door de lentezon

Het is nog vroeg als ik de auto parkeer aan de rand van het dorpje De Wijk. Deze startplek kies ik om het hotel waar ik wil overnachten ongeveer in het midden van het rondje te krijgen. In mijn tassen niet veel meer dan verschoning, een setje kleren voor de avond en flink wat koolhydraten in de vorm van krentenbollen, repen en gelletjes. De zon prikt al gaatjes in de ochtendkou. Met de wind uit het zuiden en een groot deel van de route in noordwaartse richting belooft het een heerlijke dag op de fiets te worden. Meppel ontwaakt nog maar net als ik er snel doorheen rij. Natuurgebieden als het Holtingerveld, Fochtloërveen en het Drents-Friese Wold zijn een mooie afwisseling voor de vele weilanden die ik in de ochtend voor de kiezen krijg.

Het Fochteloërveen in

Is maallust niet gewoon zin om te fietsen?

Met de teller op vijfentachtig is het de hoogste tijd om even stoppen. In Veenhuizen, onder de rook van de brouwerij Maallust. Het is windstil op het terras en in het zonnetje is het echt lente. Ik twijfel en kies toch verstandig voor een dubbele espresso met een stuk appelgebak voor ik mij met volle bidons over het zadel slinger en verder noordwaarts trek. Mijn benen hebben vandaag flink wat maallust. Op naar de kop van Drenthe en een beetje over de grens met de provincie Groningen heen.

Langs de Steenbergerloop op weg naar Nieuw-Roden

Power-tosti

Via de Onlanden en het Paterswoldermeer draai ik, in zuid-oostelijke richting, de Hondsrug op. Met uitzicht op de stad Groningen en daarna om vliegveld Eelde, beginnen de kilometers langzaam hun tol te eisen. Op een kilometer of dertig voor het einde wring ik bij een tankstation een blikje cola tot de laatste druppel leeg, wat mij samen met de tosti van het NIVON-huis ‘de Hondsrug’ voldoende kracht geeft om de dag, met minder meewind, door te komen.

Monument Oerwold in de Onlanden

Wat is Haute Cuisine in het Drents?

Met Noord-, Midden en Zuidlaren laat ik de drukkere periferie van Groningen achter mij en begint de rust van de Drentse Aa – volgens het boekje een verzameling van beekjes. Ik logeer in de Herberg van Anderen in het gelijknamige gehucht op een paar kilometer van de route. De lage prijs voor een eenvoudige kamer is leidend in de keuze en daarmee heb ik mij niet echt verdiept in de rest. Het blijkt een herberg met flinke culinaire ambities te zijn. Ik ben al lang blij dat ik alleen maar de trap af hoef voor de avondmaaltijd. Het komt er wel op neer dat het eten meer kost dan het slapen, maar het was wel voortreffelijk. Gelukkig begrijpt het bedienend personeel mijn grote behoefte aan koolhydraten en wordt het vaste menu voor mij iets aangepast.

Bijna in Anderen

Broodjes stapelen als een veenwerker

Na een goede nacht slaap ben ik weer helemaal uitgerust – denk ik. Het ontbijt wordt op zondags tijdstip geserveerd. Iets te laat naar mijn zin, dus ik zit in strak lycra tussen de oudere stellen terwijl buiten mijn fiets al bepakt staat. De hoeveelheid broodjes die ik in korte tijd naar binnen probeer te werken doen wat wenkbrauwen fronsen maar daar trek ik mij niet zoveel van aan. Er wacht nog een lange dag langs de oostgrens van de provincie en met in ieder geval een stevige tegenwind op de eerste tachtig kilometer, dus ik kan wel wat brandstof gebruiken.

Hunebed D21 bij Drouwen

Stoempen door het veenland

Ik rij verder over de Hondsrug. Stroken met heuvels ontstaan in de ijstijd, waar de Neanderthalers droge voeten wisten te halen en het Trechterbekervolk hun doden begroeven in de Hunebedden. Oost van de Hondsrug is het vlak. Poldervlak met dito uitzichten. Na Exloo trek ik echt het veengebied op de grens met Duitsland in. De oude veenkoloniën vol kanalen en kleine dorpjes die turfwinning ademenen ondanks dat het bruine goud niet meer gewonnen wordt. Na Bargerveen draait de hoofdrichting van de route naar het westen. Da’s fijn, want de wind komt uit het zuid-oosten. Het rondje eindigt dus zoals het begint – voor de wind.

Bargerveen

Zeg maar ‘ja’

Drenthe heeft niet alleen bruin goud in de grond zitten. Ook het zwarte goud wordt hier uit de bodem gepompt. De omgeving doet erg industrieel aan en met natuur heeft het jammergenoeg weinig te maken. Niet perse mooi dus, maar de zon maakt een hoop goed. Wat opvalt in dit stuk is dat de langgerekte veen- en weideuitzichten af en toe verassend onderbroken worden door kleine stukjes natuurgebied waardoor het niet saai wordt.

Ja-knikker in de buurt van Schoonebeek

Pizza is mentaal beter dan fysiek

In het vestingstadje Coevorden is het druk. De terrassen zitten vol en ik ben toch behoorlijk leeg. Ik voel de kilometers van deze en de vorige dag meer dan goed en ben ook een beetje flauw dus ik val voor de verleiding van een pizza die ik op een bankje voor het station naar binnen schrok. Dat heb ik geweten. Mentaal is zo’n ronde schijf inderdaad wel een opkikker, maar je hebt er ook vijftig kilometer plezier van. Waarbij het woord plezier nogal uit zijn verband gerukt is. Terwijl ik door het Overijssels aandoende Reesdal rij, komt dit Italiaans culinair boegbeeld meermaals omhoog en probeer ik hem met veel water terug te dringen.

Terwijl de zon verdwijnt rij ik De Wijk binnen

Het rondje is eigenlijk te mooi om snel te fietsen

Het is al rond zessen terwijl ik opgelucht de fiets weer in de auto leg. Moe maar voldaan. Ik ben blijkbaar nog niet helemaal klaar om zoveel kilometers op een dag te draaien maar ik ben wel blij dat het toch gelukt is. Rondje Drenthe kan ik afstrepen – met een glimlach. Een prachtige route door een verassend mooie provincie. Of het slim is om de route in slechts twee dagen te doen? Dat ligt er maar net aan wat je wilt bereiken. Ga je voor de prestatie dan kan dat prima. Er zullen ook mensen zijn die het in een dag proberen. Maar wil je meer zien van al het moois dat de route te bieden heeft, dan raad ik aan om minimaal een dag extra te pakken.

Hetty en Erik, dank voor deze mooie tocht. Ik kijk erg uit naar jullie rondje Groningen.

Eén antwoord op “Rondje Drenthe”

Vraag of opmerking? Laat gerust een reactie achter.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.