Hoe luidt die bijnaam ook alweer? Venetië is het Giethoorn van het zuiden? Nou, daar is geen woord aan gelogen. En ze is zelfs een beetje groter en indrukwekkender dan haar kleine broertje tussen de Wieden. Wat een bijzondere stad. Bijna onwerkelijk. Alles gaat er over het water. Vuilnis, politie, ambulance, de bus, de post, noem maar op. En op een manier die sterk lijkt op het Italiaanse wegverkeer in een drukke stad. Ik vind het gewoon ongelofelijk dat ik vandaag geen getuige ben geweest van verschrikkelijke ongevallen op het water. Gondola’s, watertaxi’s, vrachtboten, alles vaart met een ogenschijnlijk roekeloos hoge snelheid en het gaat gewoon goed. Prachtig om te zien hoe de schippers met de grootste behendigheid en snelheid, bijna op de centimeter nauwkeurig, de hele flottielje zonder krasje van A naar B krijgen.
Bouw- en woningtoezicht?
Natuurlijk is Venetië een toerististenmagneet van jewelste. Daar was ik wel een beetje op voorbereid toen ik vanmorgen in de bus stapte. En als je dan op Piazzale Roma uitstapt wordt dat nog maar eens van alle kanten bevestigd. Alsof je Amsterdam CS uitloopt. Maar als je één of twee keer niet de borden San Marco volgt dan dwaal je door een totaal onlogische wereld van straatjes, steegjes, bruggetjes en gangetjes. De achtertuinen van de Venetianen. En twee afslagen verder zit je weer midden in het toeristische geweld. De grote verscheidenheid aan bezienswaardigheden, kerken en musea was me, samen met de temperatuur, wel wat veel. Ik had mij vooraf niet echt verdiept en kon dus in de stad ook niet kiezen waar ik nou graag naar binnen wou gaan.
Slenteren
Daarom heb ik de hele dag rondgeslenterd. Echt geslenterd, want doorlopen is ongeveer het stomste wat je kunt doen in de warmte. Zo ben ik het halve eiland Castello rondgelopen, heb ik uiteraard even op het San Marco gestaan, heb ik op een winderig pleintje, tussen de Italianen, na de lunch heerlijk koel een krant gelezen. Ik heb vooral gekeken naar en mij verbaast over de totale onlogica van Venetië. Hoe iemand daar ooit de weg kan leren is mij een raadsel. Na een lange, warme dag met de bus terug naar de camping. Douchen, even lezen en een beetje voorbereiden op de komende dagen. De fiets heeft de nodige aandacht gehad, de tassen heb ik allemaal een keertje uitgepakt (ik weet niet hoe al die rotzooi er ingekomen is) en uiteraard heb ik weer voor moeder de wasvrouw gespeeld.
Eindelijk pizza – als bodem voor een fikse etappe
Toen was het zover. Ik ben al een week in Italië en heb exportproduct numero uno nog niet één keer gegeten. Dus was de campingkok de sjaak. Pizza quattro formaggi per favore! Met hier en daar een mug en gelukkig kan ik met mes en vork eten want anders proefde ik ook nog de 40% Deet. Morgen ga ik echt vroeg opstaan. In de updates op de site staat dat de camping aan het einde van de etappe morgen dicht is. Dat betekent dus dat ik voor een camping door moet rijden naar Ferrara. Dat is 125 km. Door de Po-vlakte, op een bloedhete dag en over een stuk met weinig steden of dorpjes. Een extra waterfles en waarschijnlijk met een iPod in de oren een dagje afzien. Ik kijk wel of en hoe ik in Ferrara aankom (er zijn altijd nog pensionnetjes) en hoe de camping is. Misschien blijf ik een dagje. En anders ga ik overmorgen door naar Bologna om daar wat uitgebreider te kijken.
A presto e saluti a tutti!