Een avond en een nacht beschaving, een Italiaans ontbijt waardoor mijn eerste stop bij de supermarkato was en een etappe in een totaal ander landschap dan de afgelopen dagen. Zo begon mijn dag. Bewolkt en eigenlijk best een lekkere temperatuur voor een doordeweekse fietsdag. Ineens reed ik tussen de slaperige Italiaanse boerendorpjes en de maïs. Lage gebouwen, bijna platte daken en overal alle luiken dicht om iedere zonnestraal buiten te sluiten. Af en toe een klein slootje, een leuk stadje en vooral veel landbouw. Ik ben op de Po-vlakte en als je een kilometer of tien gezien hebt dan weet je het ook wel. Helaas ging die vlieger vandaag ook niet op. In Cittadella ben ik nog even gestopt voor een cappuccino en vanaf daar werd het stiekem wel een beetje afzien.
Blijven drinken!
Alle bewolking ten spijt rees het kwik toch naar flinke hoogten. Omdat ik niet in de volle zon reed had ik het eigenlijk niet zo door dat ik behoorlijk weinig dronk. Zie dat maar eens in te halen.En omdat de Po-vlakte qua schaduwplekken wel wat weg heeft van de Haarlemmermeer of Flevoland waren er weinig plekken om even lekker te stoppen. Ongemerkt blijf je dan steeds maar doorrijden tot een geschiktere lokatie die niet komt. Gelukkig stond er aan het einde van mijn tweede bidon een kraantje en een supermarktje.
Cola en een bruistablet
Een koud blikje cola (denk de ‘aaaaaah’ vlak na de eerste slok er maar bij) en een Oostenrijkse wonderbruistablet (magnesium) hielpen mij weer op de been. Zo blijkt maar dat het snel kan gaan in de warmte. Iets wat ik eigenlijk wel zou moeten weten. En het is behoorlijk slopend want ik ben de rest van de dag suf geweest en heb liters water gedronken.
Dat is trouwens een hele opgave. In de bergen was het water heerlijk. Hier ook, om in een zwembad te gieten. Chloor. Het is gewoon gezond om te drinken hoor, het smaakt alleen echt niet. De oplossing weegt een kilo (maar wordt per dag lichter). Icetea in poedervorm. Genoeg voor 11 liter maar omdat ik niet zo van zoet hou kan ik er wel meer van maken.
De kriebels
De camping in Oriago is er echt eentje voor Venetiëgangers. Bushalte voor de deur, toeristische informatie, erg internationaal en aan de andere kant ook lekker simpel. Een nadeel: muggen! Al geloof ik dat die op elke camping in dit gebied wel actief zullen zijn. Vanaf een uur of vier was iedereen in ieder geval aan het smeren, krabben en doodslaan. Lekker is dat. Gelukkig is er nog altijd Deet. Daar hebben ze nog niet van terug. En het is een prima excuus om even een stukje te tikken in het restaurantje (met airco) onder het genot van een qourto litero vino bianco. Morgen pak ik de bus naar Venetië om daar een dagje rond te kijken. Ik heb een boekje met wandelingen en overzichten gekocht maar eigenlijk weet ik nog niet wat ik wil bekijken en of ik nog musea of tentoonstellingen in kerken of castelli ga bezoeken. Ik zie wel.
A presto e saluti a tutti!